Pagina's

02-04-2020

sprookjeswijsheid

De sprookjes van Andersen zijn geliefd. Vele generaties kinderen en volwassenen hebben zijn sprookjes voorgelezen, zelf gelezen of hebben een bewerking gezien in theater als muziek of toneelstuk. 

Al vanaf de twaalfde, dertiende eeuw is er sprake van op kinderen gericht toneel, waar ze als publiek of speler bij betrokken zijn.  Ons leven bestaat uit verhalen, verhaallijnen die een bedding kunnen krijgen in mythen en sprookjes. Zo worden mythen en sprookjes leidraad voor ons leven. 

In Odense is het Hans Christian Andersenmuseum te vinden, waarin zijn leven is te volgen. Wat opvalt is dat Andersen veel van zijn eigen leven heeft verwerkt in het schrijven van sprookjes. 

Zijn toneelstukken en romans kenden geen succes, maar zijn sprookjes maakten hem onsterfelijk. Zijn autobiografie die in 1847 verscheen noemde hij Het sprookje van mijn leven.

Sprookjes gaan een eigen weg, net als schilderijen. De blikrichting waarin je kijk is hierin bepalend. Sprookjes zijn immers universeel waarbij  volwassen worden, in de breedste zin, een veel terugkerend thema is. Nieuw in de sprookjeswereld is Andersens introductie van voorwerpen uit de realiteit die hij een eigen leven en gevoelens gaf, zoals het tinnen soldaatje of de bal of de tol.

In totaal schreef Andersen 156 sprookjes. De meeste daarvan zijn cultuursprookjes, dat wil zeggen dat hij ze niet ontleende aan de mondelinge overlevering maar ze zelf bedacht. Wel maakte hij gebruik van bekende sprookjesmotieven en -structuren.

Herinner je dat je een zwaan bent...... Het is het motief dat verwijst naar één van de bekendste sprookjes van Hans Christian Andersen. Hij heeft meerdere sprookjes verteld waar zwanen een grote rol in spelen. Mogelijk ligt de betekenisgeving in het begin van dit sprookje: Tussen de Oostzee en de Noordzee ligt een oud zwanennest en dat wordt Denemarken genoemd. Daar worden nog steeds zwanen geboren, waarvan de naam nooit zal uitsterven.

Het lelijke eendje

Voor wie het sprookje niet kent gaat het kort samengevat over een eendje wat geboren wordt in een eendennest, maar helemaal niet lijkt op zijn broertjes en zusjes. Het eendje werd ook niet geaccepteerd en liep weg. Het eendje deed wat het leuk vond: drijven op het water en duiken. Welke dieren hij ook zag, ze lieten hem allemaal links liggen. Tot op die dag dat hij een groepje zwanen ontdekte. In het spiegelbeeld van het water ziet het lelijke jonge eendje een prachtige jonge zwaan!

Net als vrijwel elk sprookje weet ook H.C. Andersen dat sprookjes gaan over ontwikkelingswegen. Het zijn ahw stappenplannen in levensfasen. Het levensverhaal van H.C. Andersen is beter te begrijpen als je dit sprookje kunt zien als een autobiografisch sprookje. 



Hans Christian Andersen werd geboren en groeide op in Odense, in grootte de derde stad van Denemarken. Zijn vader was schoenmaker en overleed toen Hans Christian 11 jaar oud was. In zijn vroege jeugd speelde hij graag met zijn poppenkast. Hij wilde graag acteur worden, maar werd niet aangenomen bij de koninklijke theaterschool (1819). Vele jaren later werd hij een beroemd en geliefd schrijver. Nog steeds worden zijn sprookjes doorverteld. Prachtig. Maar wat is nu het thema 'volwassen worden' in het sprookje van het eendje en de zwaan? Dat is een universele ontwikkelingsweg....



De ontwikkelingsweg in het sprookje over het eendje en de zwaan

In de esoterische traditie is de zwaan een belangrijk en veel gebruikt symbool en tot mijn verbazing heb ik ontdekt dat de zwaan ook een rol speelt in de inwijdingstraditie. Voor dit inzicht ben ik het schilderij van Jan Asselijn: de bedreigde zwaan (heb je die hond gezien…?) dankbaar.  Meestal gaat het bij inwijdingswegen om zeven stappen, in het sprookje van Andersen kent slechts drie trappen.

De eerste trap, waarop we in de huidige tijd staan, is de eerste inwijdingsgraad. Deze toont zich meestal op een manier waarop we de vanzelfsprekende verbinding met onze familie en met name onze meegekregen opvattingen oftewel alles wat ons houvast gaf, verliezen. Pijnlijke ervaringen of verlieservaringen werpen ons bij uitstek op onszelf terug. Elisabeth Kübler-Ross onderscheidde in het rouwproces 5 fasen waarin we leren te leven met verlies. Een niet lineair proces waarbij ook verlieservaringen uit het verleden mee bepalen hoe je vandaag omgaat met rouw. Zijn we in de wereld collectief aan het rouwen…?

De tweede trap wordt het bouwen van een hut genoemd. Een hutje bouwen, kinderen doen het al, omvat het inzicht vinden in grote levensgeheimen en ook kleiner maken, b.v.het zevenjaarsritme bij het kijken naar je eigen leven helpt bij het afbakenen. Wat wacht er op je wat gezien en erkent wil worden als je oude opvattingen leert loslaten. De hut is hiermee een symbool van de inzichten die je ontdekken kan voor je verdere ontwikkeling.

De derde trap is die van de Zwaan. Hier symboliseert de Zwaan ons diepste wezen dat erop wacht om aan het licht te mogen komen. Dat is een proces waarbij altijd weer nieuwe ervaringen zijn die ons innerlijk weten willen aantasten en onze liefdeskrachten willen verduisteren. Steeds opnieuw daar doorheen gaan met de inzichten uit biografiekunst is een uitdaging, het is wel de moeite waard en weet: we doen het samen!

Het sprookje van het lelijke jonge eendje is zo bezien een mooi voorbeeld voor de weg die wij gaan, inzicht krijgen in confrontaties die in eenvoudig verhaal toegankelijk gemaakt worden. Om nooit meer te vergeten!

Verscheen zijn eerste bundel nog onder de titel Sprookjes voor kinderen, de tweede heette Sprookjes, de derde simpelweg Verhalen. Prentenboeken hebben vaak ook mooie beelden. Troost in donkere tijden!

© Joke

 

Geen opmerkingen: