Langs de Limes ontstaat een mix van culturen. Bij de tempel is de mix van culturen duidelijk te zien. Deze is mogelijk gewijd aan Nehalennia, de Matrona een keltisch-germaanse moedergodin.
De naam Nigrum Pullum verwijst mogelijk naar de zwart gekleurde veenbodem of het zwarte water van het veenriviertje de Meije, dat uitkwam bij het kleine grensfort in Zwammerdam. Bij het fort lag een klein dorp met een tempeltje waarin een moedergodin werd vereerd.
Het economisch belang van de Rijndelta als kruispunt van allerlei handelsroutes is al eeuwen groot. Al in de vroege Middeleeuwen bloeide Dorestad als handelsplaats dankzij de ligging op het kruispunt van twee belangrijke handelsroutes over water. De noord-zuid route was via Dorestad een verbinding via de Kromme Rijn - De tweede handelsroute liep langs de Lek naar de kust en vormde een verbinding tussen het Rijnland en Engeland. Ook kon men via deze verbinding de Schelde bereiken.
hier kun je meer lezen over de grensrivier de Rijn bij Zwammerdam https://geschiedenisvanzuidholland.nl/verhalen/verhalen/de-romeinse-schepen-van-zwammerdam/
De laatste jaren is er steeds meer aandacht voor de Limes die loopt door Nederland van Katwijk naar Nijmegen en volgt de loop van de Rijn. De Limes is echter veel langer en loopt van Engeland via de Rijn en de Donau naar de Zwarte Zee en vervolgens in het oosten langs de Eufraat en in het zuiden tot aan de Sahara.
In het jaar 47 besloot keizer Claudius de Rijn tot noordgrens van zijn rijk te maken. Al kort voor de jaartelling bereikten de Romeinen het leefgebied van de Bataven en de Cananefaten, deze laatsten bewoonden ons gebied. In het jaar 19 na Chr. liet keizer Augustus deze streek inlijven. Het werd onderdeel van de provincie Germania Inferior.
Om de grens te verdedigen bouwen de Romeinen verschillende wachtposten en legerkampen en werden forten gebouwd, vanuit die forten werd de nieuwe rijksgrens verdedigd
In deze streek stonden er wel vijf: Lugdunum (Katwijk), Praetorium Agrippinae (Valkenburg), Matilo (Leiden), Albaniana (Alphen) en Nigrum Pullum (Zwammerdam).
Op verschillende plaatsen bouwen ze tempels voor Hercules Magusanus, een combinatie van een Romeinse en een Germaanse godheid of de God Lug.
Daarnaast bloeit de handel, want behalve als grens functioneert de Rijn als belangrijke transportader. Voorraden en handelswaar worden per boot aangevoerd. Ten noorden van de Rijn zijn de Romeinen nog tot 28 na Chr. heer en meester in het land der Friezen, maar dat volk komt met succes in opstand tegen de Romeinse overheersing. Mogelijk ligt hier de relatie met het schilderij van Rembrandt.
In 1661 maakte Rembrandt van Rijn, in opdracht van het Amsterdamse stadsbestuur, het schilderij De samenzwering van de Bataven onder Claudius Civilis. Het schilderij vertelt het verhaal van Julius (Claudius) Civilis die in opstand kwam tegen de Romeinse bezetter. Hij haalde het verhaal uit Tacitus` Historien IV, 14. Civilis, die een kroon op heeft en een zwaard in de hand, is de belangrijkste figuur op het schilderij.
Het beeld is raadselachtig. Zelfs als je weet wie de Bataven waren en wie Civilis was heb je eigenlijk geen idee waar ’t over gaat. Hij wilde iets anders laten zien, en dat moet in zijn visie groots zijn geweest, maar wij weten het niet, want we zien maar een stuk, een fenomenaal, raadselachtig stuk.
Rembrandt schilderde Civilis met een blind oog. Hij haalde dit element uit de oude bronnen.
Het beeld is raadselachtig. Zelfs als je weet wie de Bataven waren en wie Civilis was heb je eigenlijk geen idee waar ’t over gaat. Hij wilde iets anders laten zien, en dat moet in zijn visie groots zijn geweest, maar wij weten het niet, want we zien maar een stuk, een fenomenaal, raadselachtig stuk.
De Romeinen zijn genoodzaakt om de limes te verlaten en trekken zich uiteindelijk terug achter de Alpen. Sporen van de Romeinse tijd zijn nog steeds terug te vinden in Nederland die ook boeiend zijn om op te sporen in het licht van de geschiedenis van het theater.
Het theater draagt een lange geschiedenis met zich mee, het ontstaan van deze kunstvorm of toch zeker die van de westerse theatercultuur vond plaats in het oude Griekenland, waar omstreeks 500 V.C. ter ere van de God Dionysus toneelwedstrijden werden gehouden. Het theater maakte in die tijd een belangrijk deel uit van het dagelijkse leven.
Het Romeinse theater is dus geëvolueerd uit het Griekse theater. De eerste openbare voorstellingen die echter in Rome werden gehouden waren waarschijnlijk van Etruskische dansers. Hiervoor werd een klein tijdelijk podium opgebouwd en het publiek stond daar direct voor.
© Joke
Het Romeinse theater is dus geëvolueerd uit het Griekse theater. De eerste openbare voorstellingen die echter in Rome werden gehouden waren waarschijnlijk van Etruskische dansers. Hiervoor werd een klein tijdelijk podium opgebouwd en het publiek stond daar direct voor.
© Joke
Geen opmerkingen:
Een reactie posten